Commerciële sportaanbieders

Naast sportverenigingen zijn nog vele andere aanbieders actief die samen een diversiteit aan sportaanbod creëren. Vaak wordt gedacht aan meer commerciële aanbieders zoals fitness- en beweegcentra en zwembaden, maar ook in meer informele settings, denk aan hardloop-, en wandel- en fietsgroepen wordt gesport. Het Mulier Instituut volgt de ontwikkelingen in het aanbod en brengt ze waar mogelijk in kaart. Dit gebeurt onder meer via de AccommodatieMonitor Sport (AMS) waar de ontwikkelingen in de sportvoorzieningen in beeld worden gebracht. Sportvoorzieningen kunnen ook sportaanbieder zijn zoals klimhallen, kartbanen, schaatsbanen en zwembaden.

Fitness

De Nederlandse fitnesssector heeft de afgelopen vier decennia een enorme groei doorgemaakt. Zowel qua deelname als qua aanbod. Begin jaren tachtig werden de sportscholen met name bevolkt door mannelijke krachtsporters. Het was destijds een niche in de sportmarkt, die sterk gedomineerd werd door commerciële sportclubs met een niet altijd brandschoon imago. Eind jaren tachtig kwam er een ander publiek, mede dankzij de introductie van aerobics door fitnessgoeroe Jane Fonda. Naast de mannelijke ‘ijzerpompers’ wisten veel vrouwen – gekleed in fleurige pakjes en dito beenwarmers – dankzij het vernieuwende aerobicsaanbod de weg naar de sportschool te vinden. Het imago van de sportschool veranderde in positieve zin.

Het Mulier Instituut heeft de afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar fitness. Dit resulteerde o.a. in brancherapporten in 2008 en 2012 waarin een uitgebreid beeld van de vraag- en aanbodzijde van de Nederlandse fitnessbranche wordt geschetst. Daarop voortbordurend beschikt het instituut inmiddels over brede kennis op dit gebied. In sommige projecten is fitness één van de onderzoeksonderwerpen zoals bij onderzoek naar deelname aan takken van sport en imago’s van sporten. Hierin zien we bijvoorbeeld dat fitness/aerobics al langere tijd de belangrijkste sport voor Nederlanders van 12 tot 80 jaar is. In andere gevallen is een project fitnessspecifiek.

In het factsheet ‘Fitnessbranche in Nederland | 2018’ heeft het Mulier Instituut de stand van zaken in de Nederlandse fitnessbranche opgemaakt. 21 procent van de Nederlanders van 12-79 jaar deed in 2016 wekelijks aan fitness, in 2001 was dat nog 12 procent. De groei van de fitnessdeelname komt met name van de groepen die eerder ondervertegenwoordigd waren: mannen, 65-plussers en personen met lagere inkomens. Daarmee is de fitnessdeelname in Nederland verder gedemocratiseerd.

Het Mulier Instituut maakt zich sterk voor structureel onderzoek naar fitness, in samenwerking met branchepartijen. Een internationale (Europese) focus is hierbij gewenst.

Meer weten over fitness? Neem contact op met Paul Hover.

Paardensport

In de paardensector zijn zeer uiteenlopende organisaties, bedrijven en verenigingen in verschillende takken van sport actief. Een sector met een behoorlijke economische waarde. Het Mulier Instituut bracht samen met de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen de economische omvang en potentie van de paardensector in Limburg in kaart. Op dit moment voert het MI een onderzoek uit naar de strategische oriëntatie van de paardensector in de provincie Overijssel.

Meer weten over paardensport? Neem contact op met Paul Hover.

Nieuw project: ledenmonitor en afmeldmonitor KNHS

Het doel van de Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS) is het bevorderen van de paardensport. Het optimaal bedienen van leden, sponsors en partners is daar onlosmakelijk mee verbonden. De bond wil dit doen op basis van beleid dat is gebaseerd op kennis. Daarom heeft de KNHS het Mulier Instituut de opdracht gegeven om twee projecten uit te voeren.

Het eerste project is het uitvoeren van een ledenmonitor. De evaluatie van de dienstverlening van de KNHS, van de vereniging en van de manege is het doel van dit jaarlijkse onderzoek. KNHS-leden vormen de doelgroep.

Daarnaast is het Mulier Instituut gevraagd om de KNHS te adviseren over een afmeldmonitor, een onderzoek dat de bond zelf maandelijks uitvoert. De doelgroep betreft leden die recent hun lidmaatschap hebben beëindigd en het doel is om zicht krijgen op de opzegmotieven.

De onderzoeken stellen de bond in staat om onderbouwd beleid te ontwikkelen om leden (nog) beter van dienst te kunnen zijn en de uitstroom van leden (verder) te beperken.

Neem voor meer informatie contact op met Paul Hover.

Zwemmen, zwembaden en zwemscholen

Nederland beschikt, als zwemland, over een ijzersterke zweminfrastructuur. Die infrastructuur staat echter onder druk door bezuinigingen en door schuivende consumentenvoorkeuren. Om een zwemland te blijven, dienen overheid, commercie en burgerij de handen ineen te slaan en met nieuwe modellen te komen voor de exploitatie van voorzieningen en voor zwemonderwijs dat iedereen bereikt en de basis legt voor een leven lang zwemmen.

Zwemmen biedt volop kansen om mensen een leven lang in beweging te laten blijven. De zwemsport levert een belangrijke bijdrage aan de topsportambities van Nederland. Goed zwemonderwijs is van levensbelang voor het voorkomen van verdrinkingen. In het brancherapport Zwemmen in Nederland bundelden onderzoekers van het Mulier Instituut voor het eerst alle beschikbare kennis over de zwemsport in Nederland.

Cijfers over zwemmen

Eén op de 3 Nederlanders zwemt minimaal eens per jaar, bijna een op de vijf zwemt ten minste eens per maand. Ook vind 93 procent van de burgers dat een zwembad in een gemeente een basisvoorziening zou moeten zijn. Maar gemeenten bezuinigingen ook op sport en sportvoorzieningen. Het Mulier Instituut onderzoekt in veel gemeenten de behoefte aan zwemwater en overdekte zwembaden zoals in Haarlem. Om de behoefte aan zwemwater en overdekte zwembaden in een gemeente in beeld te brengen ontwikkelde het Mulier Instituut een een planningsinstrument. Dat instrument wordt momenteel doorontwikkeld op basis van verschillende lokale projecten. Niet alleen de behoefte wordt in beeld gebracht maar ook de klanttevredenheid krijgt de aandacht.

Het Mulier Instituut voert in samenwerking met de Nationale Raad Zwemveiligheid het project ‘NL Zwemveilig’ uit. Het doel van het onderzoek is om een meer ‘evidence based’ aanpak van het zwemonderwijs te ontwikkelen. Hiervoor neemt het Mulier Instituut de taak op zich om de zwemvaardigheid te monitoren. Zo werden de zwemlesaanbieders bevraagd over zwemveiligheid en werden de kenmerken van een zwemles onderzocht. Daarnaast werden de toezichthouders en het aanbod aan schoolzwemmen in beeld gebracht.

Meer weten over zwemmen? Neem contact op met Corry Floor.

Product

Haalbaarheidsstudie

Wanneer er de ambitie is om een sportevenement te organiseren, is het zaak zicht te krijgen op de haalbaarheid, de te verwachten effecten en de condities waaronder wenselijke effecten gestalte kunnen krijgen. Plannen voor een nieuwe sportaccommodatie zijn niet compleet zonder een onafhankelijk oordeel ten aanzien van de haalbaarheid, grip op het marktgebied en ontwikkelingen in de sector.

Uitgelicht

Fitness: in toenemende mate voor alle lagen van de bevolking

Begin januari is een passend moment om goede voornemens te maken, zoals meer sporten en bewegen. Het inmiddels wijdverbreide fitnessaanbod in Nederland kan daarvan profiteren. In het factsheet ‘Fitnessbranche in Nederland | 2018’ heeft het Mulier Instituut de stand van zaken in de Nederlandse fitnessbranche opgemaakt. 21 procent van de Nederlanders van 12-79 jaar deed in 2016 wekelijks aan fitness, in 2001 was dat nog 12 procent. De groei van de fitnessdeelname komt met name van de groepen die eerder ondervertegenwoordigd waren: mannen, 65-plussers en personen met lagere inkomens. Daarmee is de fitnessdeelname in Nederland verder gedemocratiseerd.