Leren bewegen

Leren bewegen

Sport, een actieve leefstijl en onderwijs zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Goed leren bewegen is het belangrijkste doel van bewegingsonderwijs. Maar niet alleen op school leren kinderen bewegen. Dat gebeurt ook thuis, op de kinderopvang, bij de sportvereniging en op speelplaatsen.

Het Mulier Instituut doet onderzoek naar leren bewegen in allerlei vormen en omgevingen. We bestuderen beleid, ontwikkelingen, aanbod en interventies op het gebied van bewegingsonderwijs, zwemvaardigheid en buitenspelen. Ook onderzoeken we de motorische ontwikkeling van kinderen.

Kinderen spelen vaker buiten als hun ouders dit heel belangrijk vinden

9 november 2023 | Kinderen spelen vaker buiten als hun ouders dat heel belangrijk vinden. Ouders kunnen dus een belangrijke rol spelen als...

Bewegen verdient meer aandacht binnen de (buitenschoolse) kinderopvang

9 oktober 2023 | Bewegen moet meer aandacht krijgen bij kinderdagverblijven (KDV’s) en op de buitenschoolse opvang (BSO). Bijvoorbeeld in...

Basisscholen kunnen meer doen om kinderen te laten bewegen tijdens de schooldag

6 september 2023 | Het merendeel van de basisschooldirecteuren is bekend met het concept ‘de actieve schooldag’. Toch ondersteunt slechts é...
Uitgelicht

Beleid buitenspelen krijgt te weinig structurele aandacht

Structurele aandacht voor buitenspelen in het beleid van het Rijk en gemeenten ontbreekt. Buitenspelen staat de laatste jaren onder druk. Verkeersdrukte, verstedelijking en onvoldoende speelruimte belemmeren kinderen in hun buitenspeeldrang. Bovendien zijn ouders soms huiverig om kinderen te stimuleren om buiten te spelen vanwege de verwachte risico’s. Dit terwijl veel kinderen graag buitenspelen. Zij kunnen lekker bewegen, samen spelen en dingen ontdekken. Op die manier levert buiten spelen een bijdrage aan hun ontwikkeling. De aandacht voor het thema buitenspelen in het beleid wisselt echter voortdurend.

Uitgelicht

47% van de gemeenten en 66% van de basisscholen meet motorische vaardigheden

De helft (47%) van de gemeenten geeft aan meetinstrumenten voor het meten van motorische vaardigheden te gebruiken. Twee derde (66%) van de scholen in het primair onderwijs gebruikt een meetinstrument om de motorische vaardigheden van leerlingen te meten. Dit geldt voor een op de vijf (20%) scholen in het voortgezet onderwijs en de helft van de scholen in het speciaal (48%) en praktijk onderwijs (50%).

Vind onze publicaties in de kennisbank