Beweegvriendelijke omgeving

Beweegvriendelijke omgeving

Aandacht voor de sportieve openbare ruimte en beweegvriendelijke omgeving sluit aan bij landelijke ontwikkelingen en verwachtingen voor de toekomst. We zien steeds meer beleidsmatige aandacht voor het onderwerp beweegvriendelijke omgeving. Tegelijkertijd zien we dat de afgelopen jaren de sporttakken die gebruikmaken van de openbare ruimte, denk aan wandelen, hardlopen en fietsen, juist de sporttakken zijn die in populariteit groeien.

Bovenstaande ontwikkelingen resulteren in vragen bij gemeenten hoe het zit met de openbare ruimte. Welke ruimte is beschikbaar, hoe wordt deze gebruikt en waar liggen kansen om het gebruik van de sportieve openbare ruimte te verbeteren? Met de Kernindicator Beweegvriendelijke Omgeving als startpunt wordt de aanwezige sportieve openbare ruimte per wijk in kaart gebracht en, met behulp van wijkkenmerken, vergeleken met de andere wijken in de gemeente. Door aanvullende werksessies(s) en/of burgerbevraging worden kwalitatieve aspecten aan de analyse van de fysieke elementen toegevoegd.

Als resultaat wordt een rapportage opgeleverd met veel kaartmateriaal en de uitwerking van de werksessies en/of de burgerbevraging. In een slothoofdstuk worden de bevindingen bij elkaar gebracht. Voor gemeenten geeft de rapportage inzicht in de huidige sportieve openbare ruimte en eventuele quick wins of opgaven. De rapportage geeft bovendien handvatten om het gesprek aan te gaan met andere gemeentelijke afdelingen of organisaties in het veld om er zo voor te zorgen dat meer mensen gebruik gaan maken van de openbare ruimte om te sporten of bewegen.

Wilt u meer weten over onderzoek naar de beweegvriendelijke omgeving? Neem vrijblijvend contact op met Karin Wezenberg-Hoenderkamp of Mark Noordzij.

Heatmaps

De beweegvriendelijke omgeving op adresniveau gevisualiseerd

Grip krijgen op de beweegvriendelijkheid van de leefomgeving is uitdagend. Eén aspect van de beweegvriendelijke omgeving betreft de ‘hardware’. De Kernindicator Beweegvriendelijke Omgeving brengt dit op gemeentelijk niveau in kaart. Om beleid te kunnen maken op buurt- of wijkniveau, is gedetailleerder inzicht in de beweegvriendelijkheid van de omgeving nodig. Het Mulier Instituut heeft daartoe een nieuwe methodiek ontwikkeld waarmee we de beweegvriendelijke omgeving van ieder adres in Nederland met behulp van heatmaps kunnen visualiseren.

Lees hier verder over de mogelijkheden van heatmaps en hoe heatmaps kunnen worden toegepast bij het maken van beleid.

Lopend onderzoek

Gemeente Utrecht

De gemeente Utrecht wil het sporten en bewegen in de openbare ruimte een centralere positie geven in haar sportagenda. Om dit beleid beter vorm te kunnen geven, en te kunnen onderbouwen, heeft de gemeente Utrecht behoefte aan meer inzicht in de manier waarop de openbare ruimte gebruikt wordt én gebruikt kan worden om te sporten en bewegen.

In dit onderzoek brengt het Mulier Instituut op basis van bestaande gegevens de beweegvriendelijkheid van de Utrechtse wijken in buurten in kaart. Daarbij wordt gebruik gemaakt van objectieve gegevens over de fysieke inrichting van de omgeving uit de Kernindicator Beweegvriendelijke Omgeving. Door deze objectieve gegevens te koppelen aan cijfers over de waardering van burgers van de beweegmogelijkheden die de openbare ruimte biedt, het onderhoud en veiligheid van de openbare ruimte ontstaat een breed beeld van de beweegvriendelijkheid van de openbare ruimte. Dat beeld wordt gekoppeld aan de demografie en sport- en beweegparticipatie van de wijken en buurten. Op basis van de beweegvriendelijkheid van de omgeving, de demografie en sport- en beweegparticipatie worden sterke punten en verbeterpunten van de wijken en buurten geïdentificeerd.

De resultaten worden verwerkt in een traditionele rapportage en een interactief dashboard.

Contactpersoon: Rick Prins

Provincie Gelderland

Het Mulier Instituut gaat in opdracht van de Provincie Gelderland en in samenwerking met de Gelderse Sport Federatie projecten evalueren in de openbare buitenruimte. Met de op handen zijnde Omgevingswet, waarbij gezondheidsbevordering een belangrijke rol inneemt, wordt door verschillende gemeenten ingezet op het sportvriendelijk inrichten van de buitenruimte. Om dat verder te stimuleren heeft de provincie Gelderland via een subsidieprogramma ondersteuning gegeven aan diverse projecten om de buitenruimte sportvriendelijk in te richten.

Contactpersoon: Rick Prins.

Onderzoek uitgelicht

Kinderen spelen minder vaak en minder lang buiten

Kinderen van 4 tot 11 jaar spelen minder vaak en minder lang buiten. Jongens besteden meer tijd aan buitenspelen dan meisjes. Naarmate jongens ouder worden, besteden ze minder tijd aan buitenspelen. Meisjes spelen juist meer buiten naarmate ze ouder worden. Jonge kinderen (4-7 jaar) spelen ongeveer evenveel buiten als oudere kinderen (8-11 jaar). Voor beide groepen geldt dat de meesten drie tot zeven uur per week buitenspelen.

Kernindicator

Beweegvriendelijke omgeving

De kernindicator Beweegvriendelijke Omgeving maakt zichtbaar hoe de publieke ruimte in de woonomgeving scoort op de mogelijkheden voor sporten en bewegen. Beide kernindicatoren zijn niet alleen berekend op landelijk niveau, maar ook op regionaal (VSG-regio’s) en gemeentelijk niveau. Daarmee is vergelijking tussen (overeenkomstige) regio’s en gemeentelijk mogelijk geworden. De kernindicatoren zijn ook uitvoerig beschreven in het brancherapport Sportaccommodaties in Nederland