Toegenomen draagvlak voor transgender personen in de sportvereniging
De acceptatie van homoseksualiteit en genderdiversiteit is onder (verenigings)sporters onverminderd groot. De acceptatie is groter onder mensen die zelf LHBTI-personen kennen, dan onder mensen die geen LHBTI-personen kennen. Onder verenigingssporters is een forse stijging zichtbaar in het draagvlak voor genderneutrale toiletten en kleedruimtes, van ruim een kwart in 2017 tot bijna de helft in 2020. Slechts 1 procent van de leden kent een transgender persoon binnen de eigen sportvereniging, terwijl drie op de tien leden wel iemand met een transgender achtergrond in hun eigen omgeving kennen.
Dit blijkt uit een nieuwe online meting van LHBTI-acceptatie in de sport bij een representatieve steekproef van de Nederlandse bevolking (15+). Het Mulier Instituut heeft het onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Alliantie Gelijkspelen 4.0. Deze alliantie zet zich in voor het vergroten van LHBTI-acceptatie in de sport.
Het gevonden verband tussen het bekend zijn met LHBTI-personen en de mate van acceptatie van seksuele en genderdiversiteit in de sport toont aan dat het goed is om beleidsmatig aandacht te blijven vragen voor een veilig sportklimaat. Daarbij is het van belang om LHBTI-personen zelf te betrekken bij het creëren van een voor iedereen toegankelijke en veilige sport, zodat zij zonder problemen openlijk homoseksueel of transgender kunnen zijn.
Klik hier om de factsheet ‘LHBTI in de breedtesport (2020)’ te downloaden.
Neem voor meer informatie contact op met Rens Cremers.