Positieve veranderingen in geobserveerd sportief gedrag van teamsporters
In lijn met de geobserveerde trend dat Nederlanders minder wangedrag op sportvelden ervaren, vindt het Mulier Instituut in de jaarlijkse Monitor Sportief Wedstrijdgedrag aanwijzingen dat over de tijd (tussen 2017 en 2019) meer wedstrijden van teamsporten sportief zijn verlopen. Nederlandse teamsporters op amateurniveau laten overwegend positieve gedragingen op de sportvelden zien; 90 procent van de 145.000 geregistreerde gedragingen waren positief tot zeer positief. Het gaat daarbij om gedragingen als omhelzen, aanmoedigen, complimenteren/applaus, hand geven / high five / boks, excuses aanbieden, aanspreken op gedrag. Voor deze monitor beoordeelden observanten in totaal 1122 wedstrijden in de periode van 2017 tot en met 2019 met behulp van de SportklimaatApp. Dit jaar is daarnaast dieper ingegaan op voetbal en hockey; twee veldsporten die in de eerste Monitor Sportief Wedstrijdgedrag een ander sportiviteitsprofiel hadden.
Wedstrijdsportiviteit over de tijd: positiever in 2018 en 2019 dan in 2017
Voor de grootste teamsporten is nagegaan hoe de algehele sportiviteit van wedstrijden verandert over de tijd. Bij de meeste teamsporten is in 2018 en 2019 een groter aandeel aan sportief verlopen wedstrijden geobserveerd dan in 2017. Voetbal is de uitzondering op deze trend, daar werden minder sportief verlopen wedstrijden geobserveerd in 2018 en 2019. Deze resultaten moeten met zorg geïnterpreteerd worden, omdat ondanks voorzorgsmaatregelen in dit onderzoek, de resultaten kunnen ontstaan zijn door de samenstelling van het bestand van de geobserveerde wedstrijden. Vervolgonderzoek moet hier uitsluitsel over geven.
Supporters en begeleiding zijn voornamelijk positief
De sportiviteit van een wedstrijd wordt niet alleen bepaald door het gedrag op het veld. De begeleiding en supporters dragen ook bij aan de wedstrijdsportiviteit. In acht op de tien wedstrijden laten supporters vooral positief gedrag zien tijdens de wedstrijd. Ook de begeleiding thuis én uit is overwegend positief.
Voetbal en hockey
In 2019 heeft de focus gelegen op voetbal- en hockeywedstrijden:
- In vier op de tien hockeywedstrijden, en zes op de tien voetbalwedstrijden, komt minimaal één onsportieve gedraging voor. Bij overige teamsporten is dat bij zes op de tien wedstrijden.
- Bij voetbalwedstrijden komen relatief vaak (35 procent van de wedstrijden) drie of meer onsportieve gedragingen voor. Bij overige teamsporten is dat 23 procent en bij hockey 19 procent.
- Het valt op dat onsportief verlopen voetbalwedstrijden vooral getypeerd worden door een grote hoeveelheid discussies op het veld. Bij onsportief verlopen hockeywedstrijden zijn vooral relatief veel wegwerpgebaren en hoofdschudden zichtbaar.
- Tot slot valt op dat, gemiddeld genomen, voetbalwedstrijden gedurende het grootste deel van de wedstrijd een hogere wedstrijdspanning (balans tussen onsportieve en sportieve gedragingen) hebben dan alle andere teamsporten.
Download de rapportage Monitor Sportief wedstrijdgedrag 2019.
Neem voor meer informatie contact op met Rick Prins.