Sociale veiligheid in de Nederlandse topsport
Factsheet 2025/42
Samenvatting
De meeste topsporters en talentvolle sporters voelen zich veilig in hun sportomgeving. Toch maakte een aanzienlijk deel het afgelopen jaar een vorm van ongewenst gedrag mee. 5 procent van beide groepen voelt zich niet veilig. Dat blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut.
Ongeveer twee vijfde van de sporters maakte het afgelopen jaar een vorm van ongewenst gedrag mee. Al ervaart niet elke sporter dit gedrag als ongewenst (bijv. schelden). De meeste vormen van ongewenst gedrag komen volgens de sporters van coaches en medesporters.
Coaches voelen zich beperkt in hun werk
Een deel van de coaches voelt zich onveilig en beperkt in hun rol. Zij ervaren onduidelijke grenzen en vinden het lastig om te bepalen wat ze wel en niet mogen. Vergeleken met sporters en technisch directeuren (TD’s) vinden coaches vaker dat er te weinig aandacht is voor het tegengaan van grensoverschrijdend gedrag.
Vertrouwen in goede afhandeling van meldingen
Over het algemeen hebben sporters en TD’s vertrouwen in een goede afhandeling van meldingen van misstanden. Sporters die hier geen vertrouwen in hebben, hebben vaak een negatieve ervaring met misstanden melden. Zij noemen vooral gebrekkig handelen vanuit de bond. Dit bevestigt het belang van een degelijke meldprocedure bij sportbonden.
Vragenlijstonderzoek als onderdeel van de TiN-monitor
In 2024 zijn Nederlandse topsporters (n=565), talentvolle sporters (n=1.565), coaches (n=173) en TD’s (n=18) bevraagd over sociale veiligheid en ongewenst gedrag. Deze dataverzameling is onderdeel van de monitor Topsport in Nederland (TiN). Hierin worden de ontwikkelingen beschreven op de belangrijkste indicatoren binnen de Nederlandse topsport.
Literatuurverwijzing: Suijlekom, A. van, Heerschop, M., Stam, W. van, & Balk, L. (2025). Sociale veiligheid in de Nederlandse topsport: factsheet 2025/42. Utrecht: Mulier Instituut.