Gegevens uit Kennisbank
Terug naar zoekresultaten

Grensoverschrijdend gedrag bij sporters met een beperking

auteur(s):
Claringbould, I., Stevens, V., Lindert, C. van
plaats:
Utrecht / Utrecht
uitgever:
Mulier Instituut / Universiteit Utrecht
jaar:
2022
collatie:
44 p. bijl. fig. Met lit. opg.
documenten:

Grensoverschrijdend gedrag bij sporters met een beperking: een onderzoek naar de rol van betrokkenen in de sportvereniging

samenvatting:

Sporters met een beperking hebben een verhoogd risico om seksueel, fysiek en emotioneel grensoverschrijdend gedrag mee te maken. Dat blijkt uit kwalitatief onderzoek van de Universiteit Utrecht en het Mulier Instituut onder diverse betrokkenen op de sportclub. Belangrijke risicofactoren zijn:

  • grote(re) afhankelijkheid van zorg en ondersteuning;
  • opvattingen van anderen over sporters met een beperking;
  • sociale machteloosheid;
  • gewend zijn om te willen voldoen aan eisen en verzoeken van anderen.

Minimale veiligheidsmaatregelen niet bij alle verenigingen op orde
Ongeveer de helft van alle Nederlandse sportverenigingen geeft in 2021 aan een vertrouwenscontactpersoon te hebben. Twee vijfde stelt naar eigen zeggen een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) verplicht voor bestuursleden, trainers en coaches. Ruim een derde heeft gedragsregels om seksueel grensoverschrijdend gedrag op de vereniging tegen te gaan.

Sportverenigingen met één of meer leden met een beperking en/of chronische aandoening hebben deze minimale basiseisen vaker op orde dan verenigingen zonder leden met een beperking. Onduidelijk is of dit komt doordat deze sportverenigingen leden met een beperking hebben of door andere factoren, zoals de omvang van de vereniging.

Vooral sociale omgeving kan gevoelens van onveiligheid oproepen
Met name de sociale omgeving kan voor sporters met een beperking onveilig aanvoelen. Denk aan intimiderend of autoritair gedrag van een trainer, zogenaamde grappen van medesporters of een scheidsrechter die zich te amicaal uitdrukt tegen een sporter.

Er gaat ook veel negatieve aandacht uit naar sporters met een beperking als deze veroorzaker zijn van onveilig of grensoverschrijdend gedrag.

Betrokkenen kunnen situatie veiliger of juist erger maken
Medesporters, trainers, bestuurders en ouders kunnen allemaal een rol hebben bij het veroorzaken van en reageren op onveilig of grensoverschrijdend gedrag. Ze kunnen:

  • de ontstane situatie verergeren, bijvoorbeeld als een trainer niet ingrijpt wanneer deze onderling pestgedrag signaleert;
  • vormen van grensoverschrijdend gedrag signaleren, aanpakken en bespreekbaar maken met de belangrijkste betrokkenen;
  • bijdragen aan een veilige sfeer, waardoor onveilige situaties worden voorkomen.

Aanbevelingen voor Gehandicaptensport Nederland, sportclubs en -bonden

  • Voer op de sportclub structureel discussie over de rol van de trainer bij het creëren van veiligheid en de aanpak van grensoverschrijdend gedrag.
  • Versterk de positie van sporters met een beperking en maak ze weerbaarder.
  • Zet vergelijkend onderzoek op naar de rol van betrokkenen bij grensoverschrijdend gedrag in de sport bij mensen met en mensen zonder beperking.

Literatuuronderzoek, data-analyse en interviews met betrokkenen
Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van Gehandicaptensport Nederland, met subsidie van het ministerie van VWS via NOC*NSF en het Centrum Veilige Sport Nederland. De resultaten zijn gebaseerd op literatuuronderzoek, een secundaire data-analyse en semigestructureerde interviews met dertien verschillende betrokkenen in de eerste helft van 2022.

organisatie
plaatsingkenmerk
status
Mulier instituut
BIEB-903
Wordt niet uitgeleend

Publicaties worden niet uitgeleend aan externen. Inzage op verzoek.

Mulier Instituut
030-7210220
info@mulierinstituut.nl

Kenniscentrum Sport & Bewegen
030-3041100
info@kenniscentrumsport enbewegen.nl

KVLO
030-6920847
info@kvlo.nl

VSG
070-3738055
info@sportengemeenten.nl