Ontmoetingen tussen sporters met en zonder verstandelijke beperking: waardevol, maar nog niet structureel
In 2024 ontmoetten sporters met en zonder verstandelijke beperking elkaar vaker bij de sportvereniging dan in 2020. Deze ontmoetingen lijken bij te dragen aan meer begrip en plezier bij de sporters. Maar deze ontmoetingen zijn meestal eenmalig, niet structureel. Dat blijkt uit de eindmeting van het programma Play Unified van Special Olympics Nederland door het Mulier Instituut.

Play Unified zorgt voor waardevolle ontmoetingen
Play Unified richt zich op ontmoetingen tussen leden met en zonder verstandelijke beperking op de sportvereniging. Uit het onderzoek onder sportverenigingen blijkt dat hun leden deze ontmoetingen als positief ervaren. Ze leren elkaar kennen, waarderen onderlinge verschillen en vinden het vaak leuker dan ze van tevoren hadden verwacht.
Meestal zien of spreken leden met en zonder verstandelijke beperking elkaar op de club. Of ze ontmoeten elkaar tijdens gezamenlijke activiteiten op de club of trainen samen. Deze ontmoetingen zijn meestal eenmalig.
Sportverenigingen worden toegankelijker
Sportverenigingen hebben steeds meer aandacht voor sporters met een verstandelijke beperking. Ze nemen vaker maatregelen om hun aanbod aan te passen op de behoeften van deze leden dan vier jaar geleden (74% vs. 51%). Ze hebben bijvoorbeeld vaker specifieke trainers of vrijwilligers voor mensen met een verstandelijke beperking.
Aantal leden met verstandelijke beperking neemt nog niet toe
Eén op de zes (17%) sportverenigingen in Nederland heeft leden met een verstandelijke beperking. Dat is ten opzichte van 2020 niet veranderd (18%). Van de sportverenigingen zonder deze leden ziet de helft hier wel mogelijkheden voor.
Maar sportverenigingen missen vaak de kennis, vrijwilligers of geschikte trainers om dit te organiseren. Vooral kleine sportverenigingen kunnen hier ondersteuning bij gebruiken.
Ook aandacht nodig voor sporten buiten verenigingen om
Blijvende aandacht is nodig voor de sportdeelname van mensen met een verstandelijke beperking. Deze groep sport beduidend minder vaak wekelijks (33%) dan de gemiddelde Nederlandse bevolking (57%).
Vooral fitnesscentra en zwembaden kunnen hier een rol in spelen. Want zwemmen en fitnessen zijn de sporten die mensen met een verstandelijke beperking het liefst doen. Daarbij is het belangrijk dat ze plezier en gezelligheid ervaren. En dat ze hun gezondheid kunnen verbeteren. Deskundige begeleiding is vaak nodig om dit te bereiken. Dat is vaak nog een belemmering bij de organisatie hiervan. Die is er nog niet genoeg volgens familieleden van mensen met een verstandelijke beperking.
Onderzoek onder vertegenwoordigers en verenigingen
Dit onderzoek is de eindmeting van het programma Play Unified. We hebben deze uitgevoerd in opdracht van Special Olympics Nederland. In 2020 en 2018 voerden we een 1- en 0-meting uit. Meer dan 1.000 vertegenwoordigers van mensen met een lichte tot matige verstandelijke beperking vulden een vragenlijst in. En ruim 500 sportverenigingen.
Meer nieuws over dit thema

Sporter met een handicap wil zich vooral welkom voelen
Mensen met een beperking willen zich vooral graag welkom voelen om te sporten. Deze sociale toegankelijkheid is voor veel van hen het belangrijkst voor een toegankelijke sport. Zowel wanneer er geen andere drempels zijn om te sporten als wanneer deze er nog wel zijn.

Masculiene sfeer kan fitnessers belemmeren gebruik te maken van de gewichtsruimte
De dominante aanwezigheid van mannen – en hoe zij eruitzien en zich gedragen – heeft invloed op de sfeer in de gewichtsruimte van de sportschool. Die sfeer kan sporters belemmeren om van de gewichtsruimte gebruik te maken.

Blijvende beleidsaandacht nodig voor inclusie transgender en intersekse personen in de sport
Veel transgender/non-binaire en intersekse personen hebben een sportomgeving gevonden waar ze zich thuis voelen. Tegelijkertijd hebben veel transgender en intersekse personen te maken met uitsluiting en negatief gedrag.