Leren bewegen

Leren bewegen

Sport, een actieve leefstijl en onderwijs zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Goed leren bewegen is het belangrijkste doel van bewegingsonderwijs. Maar niet alleen op school leren kinderen bewegen. Dat gebeurt ook thuis, op de kinderopvang, bij de sportvereniging en op speelplaatsen.

Het Mulier Instituut doet onderzoek naar leren bewegen in allerlei vormen en omgevingen. We bestuderen beleid, ontwikkelingen, aanbod en interventies op het gebied van bewegingsonderwijs, zwemvaardigheid en buitenspelen. Ook onderzoeken we de motorische ontwikkeling en de zwemvaardigheid van kinderen.

Aantal sportfunctionarissen in het gespecialiseerd onderwijs neemt af

15 april 2024 | In 2023 zijn er minder BRC-functionarissen actief in het gespecialiseerd onderwijs dan in 2019. In het praktijkonderwijs...

Meer aandacht voor bewegen nodig op het consultatiebureau

11 april 2024 | Het thema bewegen heeft vaak geen structurele plek op het consultatiebureau. Terwijl voldoende en gevarieerd bewegen hee...

Hoe zorg je dat kinderen meer bewegen tijdens de schooldag?

9 april 2024 | De schooldag biedt veel mogelijkheden om kinderen te stimuleren om meer te bewegen. Bijvoorbeeld tijdens de pauze of in ...
Uitgelicht

Beleid buitenspelen krijgt te weinig structurele aandacht

Structurele aandacht voor buitenspelen in het beleid van het Rijk en gemeenten ontbreekt. Buitenspelen staat de laatste jaren onder druk. Verkeersdrukte, verstedelijking en onvoldoende speelruimte belemmeren kinderen in hun buitenspeeldrang. Bovendien zijn ouders soms huiverig om kinderen te stimuleren om buiten te spelen vanwege de verwachte risico’s. Dit terwijl veel kinderen graag buitenspelen. Zij kunnen lekker bewegen, samen spelen en dingen ontdekken. Op die manier levert buiten spelen een bijdrage aan hun ontwikkeling. De aandacht voor het thema buitenspelen in het beleid wisselt echter voortdurend.

Uitgelicht

47% van de gemeenten en 66% van de basisscholen meet motorische vaardigheden

De helft (47%) van de gemeenten geeft aan meetinstrumenten voor het meten van motorische vaardigheden te gebruiken. Twee derde (66%) van de scholen in het primair onderwijs gebruikt een meetinstrument om de motorische vaardigheden van leerlingen te meten. Dit geldt voor een op de vijf (20%) scholen in het voortgezet onderwijs en de helft van de scholen in het speciaal (48%) en praktijk onderwijs (50%).

Vind onze publicaties in de kennisbank