Ga naar de inhoud

Drie kwart gemeenten ervaart belemmeringen bij het toegankelijker maken van sportaccommodaties

Nog lang niet alle sportaccommodaties zijn uitnodigend, faciliterend en toegankelijk voor iedereen, waaronder voor mensen met een beperking. Gemeenten kunnen hier stappen in zetten, maar hebben daarbij ondersteuning van het Rijk nodig: wetgeving en meer (financiële) middelen. Dit is bijvoorbeeld nodig om aanpassingen van accommodaties en de openbare ruimte mogelijk te maken, maar ook om meer mankracht op dit thema in te kunnen zetten. Dat blijkt uit het ‘Jaarrapport Ruimte voor sport en bewegen 2024’ van het Mulier Instituut.

Ook het internationale VN-comité voor de rechten van personen met een handicap heeft geoordeeld dat de Nederlandse overheid zich meer moet inspannen om het VN-verdrag Handicap goed te implementeren. Ze maken zich bijvoorbeeld zorgen over de mate waarin onder meer sportaccommodaties en de openbare ruimte ondanks bestaande wetgeving nog steeds niet goed toegankelijk is voor mensen met een beperking.

Meer aandacht voor behoeften specifieke groepen

De aandacht voor de behoeften en belemmeringen van specifieke doelgroepen van sportvoorzieningen en de openbare ruimte neemt wel toe. Bijvoorbeeld voor het toegankelijker maken van zwemles voor kinderen die opgroeien in armoede.

Meer sturing op ruimte voor sport en bewegen

In Sportakkoord 2.0 staat de ambitie om meer te kunnen sturen op ruimte maken en houden voor sport en bewegen. Nieuwe gegevens over reisafstand en -bereidheid helpen daarbij. Net als de voortdurende inspanningen om richtlijnen, data en kennis te verzamelen en te actualiseren. Er liggen diverse uitdagingen om ook in de toekomst voldoende ruimte voor sport en bewegen te hebben.

Nieuwe sportaccommodaties en spelvormen

De rijke sportinfrastructuur in Nederland maakt het voor veel mensen mogelijk om in de buurt te sporten. Daar komen steeds meer nieuwe voorzieningen – zoals padelbanen – en nieuwe spelvormen bij. Ook stuurt de overheid meer op een efficiëntere benutting van sportaccommodaties en legt ze vaker de koppeling met domeinen buiten de sport.

Groeiende aandacht voor sociaal-maatschappelijke waarde sportaccommodatie

In lijn met de ambities uit Sportakkoord 2.0 groeit de aandacht voor de sociaal-maatschappelijke waarde van sportvoorzieningen Zo is een motie in de Tweede Kamer aangenomen om de aanwezigheid van voldoende badwater in de toekomst te garanderen, zodat iedereen een zwemdiploma kan halen.

Verduurzaming sportvastgoed gaat te langzaam

Binnen de Routekaart Verduurzaming Sport worden stappen gezet. Maar die lijken niet groot genoeg te zijn. En niet op alle onderdelen (o.a. biodiversiteit en circulair) wordt evenveel voortgang geboekt. De verduurzaming van sportaccommodaties verbreedt zich wel waar het gaat om de getroffen maatregelen: sportverenigingen investeren bijvoorbeeld steeds meer in isolatie en warmtepompen.

Meer kennis over relatie omgeving en beweeggedrag

Er zijn nieuwe inzichten in hoe sporters naar de accommodatie reizen en waarom. En in welke elementen bijdragen aan de beweegvriendelijkheid van een buurt. Deze inzichten helpen bij de ambitie om de beweegvriendelijke omgeving te versterken, meer mensen te stimuleren om te sporten en bewegen in de openbare ruimte en buitenspelen te bevorderen.

Gerelateerd nieuws

Minder Nederlanders gaan wel eens zwemmen 

In 2024 zwom de helft van de Nederlanders wel eens (54 procent). In 2019 was dat nog 70 %. Dit blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut onder Nederlanders vanaf 16 jaar. 

Bekendheid buurtsportcoaches neemt langzaam toe 

De bekendheid van buurtsportcoaches neemt toe onder de Nederlandse bevolking. In 2024 kende een derde (33%) van de Nederlanders een functionaris als de buurtsportcoach. In 2018 was dat nog maar een op de vijf (21%).

Aantal gemeenten dat schoolzwemmen aanbiedt of ondersteunt, daalt verder

Steeds minder gemeenten bieden schoolzwemmen. In 2020 ondersteunde een derde van de gemeenten schoolzwemmen, vier jaar later is dat percentage onder een kwart gedaald (23 procent).