Weinig structurele aandacht voor gendergelijkheid bij sportbonden
Hoewel het aandeel vrouwen en mannen met name in de organisatie van de georganiseerde (wedstrijd)sport verre van evenwichtig is, is het streven naar gelijkheid tussen mannen en vrouwen in de sport bij de meeste Nederlandse sportbonden (74%) niet verankerd in beleid. Bij de olympische bonden in veel andere Europese landen is relatief meer beleidsmatige aandacht voor het vergroten van gendergelijkheid in de sport. Gemiddeld is gendergelijkheid bij de helft van de olympische bonden vermeld in het huidige meerjaren-/jaarplan.
Dat blijkt uit onderzoek van de Europese Unie en de Raad van Europa naar gender(on)gelijkheid in de olympische sporten in 18 Europese landen, waaronder Nederland. Het Mulier Instituut was namens Nederland verantwoordelijk voor de dataverzameling.
De meeste aandacht voor gendergelijkheid bij olympische bonden gaat uit naar acties/maatregelen gericht op het vergroten van het aantal vrouwen in besturen (58%), in de media (40%), in sportparticipatie en/of lichaamsbeweging (36%) en het voorkomen en bestrijden van gendergelerateerd geweld (36%). Minder aandacht gaat uit naar het vergroten van het aantal vrouwelijke coaches (24%) en het verbeteren van de situatie voor vrouwelijke topsporters (28%).
Andere belangrijke bevindingen:
- Bij olympische sportbonden die sinds 2015 acties/maatregelen hebben ingevoerd om het aantal vrouwelijke bestuurders te vergroten is het aandeel vrouwen licht toegenomen sinds 2014. Bij bonden zonder maatregelen trad geen verandering op.
- Hoewel ongeveer de helft van de geregistreerde trainers bij olympische bonden vrouw is (46%), is bij bondscoaches slechts een op de vijf vrouw (19%).
- Ongeveer één op de tien sportbonden beschikt over een specifiek schriftelijk beleid en/of actieplan ter voorkoming en bestrijding van gendergerelateerd geweld in de sport.
Klik hier voor het factsheet Vrouwen in de georganiseerde sport. Verankering van gendergelijkheid in bondsbeleid; acties en opbrengsten.
Klik hier voor meer informatie over het project.
Neem voor meer informatie contact op met Resie Hoeijmakers.