Sporters voelen zich gelukkiger

26 oktober 2017

Sporters geven aan zich gelukkiger te voelen dan mensen die niet aan sport doen. Degenen die sporten, geven hun geluksgevoel een 7,5, tegen een 7,0 voor degenen die niet aan sport doen. Vergelijkbare verschillen werden gevonden tussen leden van sportverenigingen en mensen die geen lid zijn van een sportvereniging, en tussen mensen die sportvrijwilligerswerk doen en zij die dat niet doen. Deze verschillen blijken niet terug te voeren op bijvoorbeeld verschillen in leeftijd of sociale status. Dat blijkt uit het rapport Naar meer Bruto Nationaal Sportgeluk van het Mulier Instituut, een verkennende studie naar de relatie tussen sport en geluk.

De onderzoekers waarschuwen dat daaruit niet de conclusie mag worden getrokken dat een verhoging van de sportdeelname automatisch betekent dat Nederlanders gelukkiger worden. Mulier Instituut-onderzoeker Remko van den Dool hierover: ‘Ten eerste is nog niet duidelijk wat hierin oorzaak is en wat gevolg. Het kan ook zijn dat gelukkige mensen makkelijker de weg naar de sport vinden. Maar daarnaast is van belang dat andere factoren, zoals de gezondheid, het vermogen om met tegenslag om te gaan en de ervaren steun uit de omgeving, waarschijnlijk belangrijker zijn voor het geluksgevoel dan de sport. Desondanks zien we wel degelijk dat sport van betekenis kan zijn voor het geluk. Voorwaarde is wel dat mensen plezier beleven aan het participeren in sport’.

Erik Lenselink, manager sportontwikkeling bij NOC*NSF geeft aan blij te zijn met de uitkomsten. ‘Ik hecht eraan dat de wetenschap zich richt op sport en dat onafhankelijk wordt vastgesteld wat sport voor de maatschappij betekent. Natuurlijk zien wij dat andere zaken zoals arbeid, onderwijs en zorg belangrijke hoofdzaken in het leven zijn. Positieve sportervaringen kunnen hier gelukkig een extra dimensie aan toevoegen die het leven van veel Nederlanders verrijkt’.

Klik hier om het rapport ‘Naar meer Bruto Nationaal Sportgeluk?’ te downloaden (pdf).

Voor vragen aan het Mulier Instituut over dit onderzoek kunt u contact opnemen met Remko van den Dool, senior onderzoeker bij het Mulier Instituut.