Groei van de stad Utrecht vraagt efficiënter gebruik van sportruimte én extra ruimte voor binnen- en buitensport
Hockeyverenigingen in Utrecht maken maximaal gebruik van de velden en hebben meer velden nodig. Voetbalverenigingen hebben gemeentebreed voldoende wedstrijdvelden, maar in de toekomst op zaterdag niet meer. Efficiënter gebruik van de ruimte door voetbalverenigingen behoort tot de mogelijkheden om tekorten te verkleinen. Een aantal tennisverenigingen kampt met ruimtetekort, terwijl andere tennisverenigingen een overschot aan banen hebben. De sporthallen worden in piekuren in het winterseizoen volop gebruikt. In andere tijdvakken en in andere maanden kunnen de sporthallen meer gebruikt worden. Dit blijkt uit onderzoek van het Mulier Instituut dat in opdracht van de gemeente Utrecht de huidige en toekomstige behoefte aan formele binnen- en buitensportaccommodaties onderzocht.
Andere belangrijke conclusies van deze rapportage zijn:
- De behoefte aan hockeyvelden zal tot 2040 toenemen. Het veldtekort zal verder oplopen.
- De voetbalcompetitie is scheef verdeeld over het weekend, waarbij de grootste druk op de zaterdag ligt. Wanneer meer teams op zondag gaan spelen, worden (toekomstige) tekorten opgelost. Aandachtspunt hierbij is wel dat de benodigde trainingscapaciteit verder oploopt en voor knelpunten kan gaan zorgen.
- De tennisverenigingen laten een tweedeling zien. Sommige verenigingen hebben een grote aantrekkingskracht en blijven groeien, andere verenigingen hebben te maken gehad met afnemende populariteit van tennissport en hebben meer tennisbanen dan op basis van het aantal leden nodig is.
- De korfbal- en rugbyverenigingen hebben nu en in de toekomst extra ruimte nodig. De honk- en softbalverenigingen hebben tot 2040 net voldoende velden, maar dit vraagt wel een optimale benutting van de velden. De handbalvereniging heeft en houdt voldoende ruimte, wanneer de verdeling van wedstrijden beter verdeeld wordt over zaterdag en zondag. De atletiek- en cricketverenigingen hebben tot 2040 voldoende ruimte.
- De gemeente Utrecht voldoet met twintig sporthallen aan de Utrechtse richtlijn van één sporthal per 17.500 inwoners. In 2040 zijn zes extra sporthallen nodig, waarvan de bouw van vier sporthallen reeds door de gemeente in de programmering opgenomen zijn.
- De sporthallen hebben gemiddeld een licht hogere bezettingsgraad dan vergelijkbare gemeenten. Dit geldt voor alle tijdsperiodes, zowel doordeweeks als in het weekend en zowel in het laagseizoen als in het winterseizoen.
- Het gebruik van sport- en gymzalen is ’s avonds en in het weekend lager dan de bezetting in vergelijkbare gemeenten.
- Op basis van het onderzoek wordt de gemeente aanbevolen om de Utrechtse richtlijn voor de binnensport te heroverwegen. De richtlijn houdt geen rekening met ruimte in sportzalen en toepassing ervan strookt niet met de ervaringen van de verenigingen.
Download de rapportage Ruimte voor georganiseerde sport in Utrecht.
Neem voor meer informatie contact op met Karin Wezenberg of Björn Schadenberg.